Vlaggen en wapens

De gemeente is genoemd naar de plaats Leeuwarden, die er oorspronkelijk deel van uit maakte. Het was vroeger de eerste grietenij van Oostergo en bestond uit drie zogenaamde “trimdelen”, het Noordelijke, het Middel- en het Zuidelijke trimdeel. Uit het middelste deel is de stad Leeuwarden losgemaakt, dat tegenwoordig nagenoeg dit gehele deel omvat. Het zegel Tot nu is er geen zegel van Leeuwarderadeel bekend. Het wapen Het wapen van Leeuwarderadeel verschijnt voor het eerst op de kaart van Friesland in de “Chronique ofte Historische geschiedenisse van Vrieslandt” van Winsemius uit 1622. Op een gekleurde versie van deze kaart wordt het wapen overgeleverd als: gevierendeeld; I. in zilver drie groene klavers, geplaatst 2 en 1; II, III en IV. in blauw een gouden leeuw.  Daar er geen ouder bronnen betreffende het wapen bekend zijn, zou het wapen kunnen zijn ontstaan in de periode dat Keimpe Donia (1595 – 1616) of Ernst Harinxma Donia (1616 – 1634) grietman was. Of zij het wapen voor de grietenij inderdaad hebben bedacht is dus niet bekend. Hoewel er in diverse Doniawapens leeuwen voorkomen, vaak zwart op goud, hebben deze zeer waarschijnlijk niet model gestaan voor het grietenijwapen. De opzet van het wapen illustreert de drie ’trimdelen’ in de drie kwartieren met de Leeuwarder leeuw en in het eerste kwartier het totale plattelandsgebied van de grietenij, met de drie klavers opnieuw als verwijzing naar de drie trimdelen.    Het wapen heeft in de loop der eeuwen geen noemenswaardige veranderingen ondergaan. Doch zoals bij vele grietenijwapens het geval was, zijn er ook van het wapen van Leeuwarderadeel kleurvarianten bekend. Zo worden in het wapenboek Schoemaker (1695) en in de atlas van Schotanus (1718) de leeuwen in groen afgebeeld. Verder is de plaatsing van de drie klavers, welke in de oudste bronnen als 2 en 1 waren geplaatst, gewijzigd in 1 en 2. Op 25 maart 1818 wordt het wapen door de Hoge Raad van Adel als volgt bevestigd:

gevierendeeld; het 1e van zilver beladen met 3 groene klaverbladen staande 1 en 2; het 2e, 3e en 4e van lazuur beladen met een klimmende leeuw van goud, getongd van keel. Het schild gedekt met een gouden kroon.”

De leeuwen hebben waarschijnlijk hun rode tong de danken (wijten) aan een kaart met daarop het aldus ingekleurde wapen, die als voorbeeld voor de aanvraag van de wapenvastlegging heeft gediend. Historisch gezien is dit niet juist, daar de Leeuwarder leeuw altijd geheel van goud is geweest. De vlag Na een voorstel van een inwoner van de gemeente of het niet wenselijk zou zijn om een gemeentevlag te gaan voeren, leek dat B en W een goed idee en achtten zij het jaar daarop te openen nieuwe gemeentehuis een geschikte gelegenheid deze vlag te onthullen. Zij zenden daarom in maart 1963 een brief naar de “Fryske Rie foar Heraldyk” met het verzoek om een ontwerp. Met het oog op de in dat najaar te houden manifestatie “Frisiana” was de Rie reeds bezig was met vlagontwerpen voor gemeenten die op dat moment nog geen vlag bezaten. [1] Dit verzoek kwam dus goed uit. Men zend de gemeente een viertal ontwerpen van de heren Dull tot Backenhagen en Vleer. Deze ontwerpen werden als volgt beschreven:

  1. een vlag van drie even hoge horizontale banen, van boven naar beneden wit, groen en wit, en aan de broekzijde een verticale blauwe baan met een breedte gelijk aan 1/3 vlaglengte, met daarin een gele klimmende leeuw;
  2. een vlag van drie even hoge horizontale banen, van boven naar beneden blauw, geel en blauw, en aan de broekzijde een rechthoekige driehoek met de top op het midden van de vlag, in drie even hoge horizontale banen, van boven naar beneden wit, groen en wit;
  3. een vlag van vier even hoge horizontale banen, van boven naar beneden blauw, geel, blauw en geel, en aan de broekzijde een verticale witte baan met een breedte gelijk aan 1/3 vlaglengte, met daarin een groene klaver;
  4. een witte vlag met drie groene klavers naast elkaar, en aan de broekzijde een verticale blauwe baan met een breedte gelijk aan 1/3 vlaglengte, met daarin een gele klimmende leeuw.

In een antwoord hierop geven B en W, onder dankzegging voor de ontwerpen, aan de vlag voor het eerst in gebruik te willen nemen bij de opening van het gemeentehuis en indien nodig, bij de Frisiana in september van 1963 uit te komen met een fantasievlag. Hierop laat de Rie weten dat dit hen verbaasd, omdat de Frisiana nu juist het argument en de aanleiding was om de laatste gemeentevlaggen spoedig voor elkaar te brengen. Ze geven aan dat deze manifestatie natuurlijk niet een officiële feestelijkheid is zoals de opening van het nieuwe gemeentehuis, maar dat de aanwezigheid van een fantasievlag voor Leeuwarderadeel tussen de officiële gemeentevlaggen tot verwarring zal leiden, die dan alleen maar groter zal worden als men het jaar daarop wéér met een andere vlag komt. Ook noemen zij nog enkele andere gelegenheden die binnenkort waarschijnlijk zullen plaatsvinden en waarbij het wenselijk is dat de officiële gemeentevlag hierbij gebruikt zal worden. Men raadt B en W aan terug te komen op hun plan om de vlag pas bij de opening van het gemeentehuis te gaan gebruiken en reeds zo spoedig mogelijk de ontwerpen in de raadsvergadering aan de orde te brengen. Uit een brief van 17 juni 1963 blijkt dat B en W de raad van de Rie hebben opgevolgd en de ontwerpen in de raadsvergadering van 4 juli te hebben besproken. De raad vond echter dat in de ontwerpen het eigen karakter van de gemeente niet voldoende werd weergegeven. Derhalve wordt de Rie verzocht om een ander ontwerp. Omdat dit voor de Rie natuurlijk teleurstellend was, stellen zij voor om de ontwerpen mondeling te komen toelichten om eventuele misverstanden uit de weg te ruimen. B en W nodigt hen daarop uit om dit tijdens de raadsvergadering van 8 augustus te doen. De Rie wordt op de bewuste avond vertegenwoordigd door de heer Vleer, een van de ontwerpers. Zijn toelichting tijdens deze vergadering blijkt in zoverre succesvol, daar tijdens deze vergadering een vlag tot stand komt die een combinatie is van de ontwerpen 2 en 3 en aldus door de raad wordt vastgesteld:

behoudens instemming van de Hoge Raad van Adel, zal bestaan uit drie horizontale banen van blauw, geel en blauw met aan de broekzijde een gelijkbenige driehoek van wit, waarop een klaverblad van groen.”

De kleuren zijn afgeleid van het wapen, de drie banen vertegenwoordigen de drie “trimdelen”, terwijl de klaver het agrarische karakter van de gemeente weergeeft.

De wimpel Evenals de vlag is ook de officiële vaststelling van een gemeentewimpel tot stand gekomen op aangeven van een inwoner van de gemeente. Het 35-jarig jubileum van de aanname van de gemeentevlag was de aanleiding voor deze inwoner om zelf een drietal ontwerpen voor een dergelijke wimpel te maken en een van deze ontwerpen te laten vastleggen om eventuele wildgroei te voorkomen. Gelukkig was de gemeente van mening dat de “Fryske Rie foar Heraldyk” hierin gekend moest worden en zond de ontwerpen ter goedkeuring aan de Rie. Hierdoor was het mogelijk hen op het reeds in hun bezit zijnde wimpelrapport, met daarin ook een ontwerp voor een gemeentewimpel voor Leeuwarderadeel, te wijzen. De raad kon van de argumenten voor het ontwerp van de Rie worden overtuigd. Onder deze argumenten onder andere dezelfde als die de initiatiefnemer voor ogen stond, zodat de wimpel bij raadsbesluit van 30 september 1999 kon worden vastgelegd als:

een vierkante blauwe hijs, met daarin een gele klimmende leeuw met overtopte staart; twee lengtebanen van rood en wit.” [2]

In het blauw kanton (vierkant) is de gele leeuw opgenomen als verwijzing naar de naam. De rood en witte banen bepalen de plaats van de gemeente in Fryslân, in dit geval in het deel Oostergo, dat vroeger een rood wapen had met zilveren balken. Voor de overige Friese gemeenten zijn wimpels ontworpen volgens dezelfde systematiek, blauw en witte banen voor gemeenten in Westergo en groen en witte banen voor gemeenten in Zevenwouden. Voor de stadswimpels is gekozen voor de kleuren blauw en geel, daar deze kleuren al langer in gebruik waren o.a. door de vereniging van de Friese elf steden. [1] De grote manifestatie “Frisiana”, werd gehouden ter gelegenheid van de opening (door Koningin Juliana) van de Frieslandhal in september 1963. Naast het Friese bedrijfsleven, in de ruimste zin van het woord, presenteerden zich hier ook tientallen organisatie op velerlei gebied. (Encyclopedie van het hedendaagse Friesland, uitg. M.A. van Seijen, Leeuwarden, deel 1) [2] Genealogysk Jierboek 2000, blz. 189

…….


Wapen en vlag van het dorp Hijum in Leeuwarderadeel

Wapen: Wapen in goud een uit de schildvoet oprijzende groene terp, boven vergezeld van twee opspringende groene kikkers met geopende rode bek; de terp beladen met een zilveren wassenaar, van boven vergezeld van drie gouden penningen, geplaatst 2 en 1 Vlag: twee golvende lengtebanen geel en groen in een verhouding van 2 : 1; in het geel, aan de broekzijde een opspringende groene kikker met geopende rode bek. De kikker met een hoogte gelijk aan 7/12 vlaghoogte. Toelichting: omdat de naam Hijum door water omspoeld land betekend, is de terp in het wapen opgenomen. De daarop geplaatste wassenaar vertegenwoordigd het klooster Mariëngaarde en de familie Aebinga (van Hijum), die ook een wassenaar in hun familiewapen hebben. De drie penningen verwijzen naar de patroon van de dorpskerk; St. Nicolaas. De kikkers zijn een verwijzing naar de bijnaam van de inwoners, die al meer dan 100 jaar naar deze springers worden vernoemd. (Een zinvolle verklaring kan zijn, dat door het vele water om de terp heen er nogal veel kikkers voorkwamen). De vlag is een vereenvoudigde weergave van het wapen. Wapen en vlag zijn geregistreerd in het Genealogysk Jierboek 1996 van de Fryske Akademy.

……..


Wapen en vlag van het dorp Oude Leije in de gemeente Leeuwarderadeel

Wapen: in blauw een mes met een zilveren lemmet en een rood heft met een gouden knop en scheidingstuk en een gouden schede, beide geplaatst als een schuinbalk. Vlag: drie lengtebanen rood, geel en blauw. Toelichting: Oude Leije, dat vroeger tot Het Bildt werd gerekend, kreeg in de jaren vijftig van de vorige eeuw tegelijk met de andere Bildtdorpen een wapen. Ook dit wapen was gebaseerd op een volksrijmpje:

In mes met in skai, is ‘t wapen fan de Ouwe Lai.”

De heer K. Sierksma, die destijds de dorpswapens voor Het Bildt bedacht heeft, gaf het wapen een blauw schild met een geheel zilveren mes en schede. Om het wapen wat sprekender te maken en om alle kleuren van de dorpsvlag te gebruiken, heeft de Fryske Rie foar Heraldyk in overleg met dorpsbelang besloten het heft rood te kleuren en gouden accenten aan te brengen. Ook de schede werd van goud. De vlag De vlag is al oud, en dateert waarschijnlijk uit de tijd dat Oude Leije aan de Middelzee lag en nog een eigen vissersvloot had. Hij wordt afgebeeld in het wapen- en vlaggenboek van Gerrit Hesman uit 1708. Omdat het wapen en de vlag al lang door het dorp gebruikt worden (zie ook de Leeuwarder Courant van 20-12-1973), is het wapen met de kleuraanpassing en de vlag in 2001 officieel vastgelegd. Wapen en vlag geregistreerd in het Genealogysk Jierboek 2001 van de Fryske Akademy.


N.B. Deze pagina kwam tot stand met dank aan Rudolf J. Broersma, van de Fryske Rie foar Heraldyk.